
Past coachen zoals wij het kennen nog wel in de huidige maatschappij?
Onderstaand proberen we de geschiedenis van het vak coachen in kaart te brengen, aan de hand van de ontwikkeling van onze mensvisie en onze eigen pogingen om ons te verhouden tot de wereld waarin wij leven.
Toen wij in 1998 begonnen met het opleiden van coaches luidde onze mensvisie als volgt.
Ieder mens is uniek en heeft potentieel.
Coachen was nog een jong vak. Feitelijk was het een vorm van toegepaste psychologie in een cultuur waarin succes, prestatie en performance de hoogste doelen waren. Bedrijfsleven en psychologie hadden elkaar gevonden
Het bedrijfsleven begon de topsport als metafoor voor de eigen doelen (winst) te gebruiken, en zo kon het, in eerste versie zeer dunne, boek van ex-autocoureur, John Whitmore, met een eenvoudig gespreksmodel dat “succes” beloofde, een van de best verkochte managementboeken ooit worden. Persoonlijk spraken ons de begrippen zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid ons erg aan. Wij voelden dat als een aangename opfrisser na een periode van support & care waarin het “pamperen” van burgers en werknemers leek te zijn doorgeschoten.
Al snel werden “leren & ontwikkelen” belangrijke “bijvangsten” van het coachen. De werelden van HR en van het onderwijs pikten het coachen op en daarmee begon het doel van coachen – “succes” – niet alleen meer te staan voor “verdienen” en “prestatie”, maar ook voor persoonlijke en professionele groei. Coachen beloofde dat mensen de beste versie van zichzelf konden worden.
Rond 2000 raakte ook het coachen van teams in zwang. Teams leerden om gezamenlijke resultaten te definiëren, en zich eraan te verbinden, zowel op individueel niveau als als collectief.
Coachen was een pendant van een tijdgeest die zich kenmerkte door een geloof in de maakbaarheid van de mens en de wereld. Het waren de hoogtijdagen van het individualisme en het Antropoceen1. Gemeenschapszin was by far ondergeschikt aan individueel succes en economisch gewin.
Al snel betrokken wij – de Coaching Academy – de filosofie van Buber en Levinas bij onze mensvisie. Vanaf 2006 integreerden wij binnen de Coaching Academy International ook meer en meer de Analytische Psychologie van C.G. Jung.
We breidden de mensvisie uit tot …
Voor ons was het belangrijk om bij het werken met cliënten steeds de Ander & de contekst te betrekken en de verantwoordelijkheid in relatie tot die Ander (Buber, Levinas),tot de niet-Ik.
Bovendien hielp de Analytische Psychologie van C.G. Jung ons om te leren begrijpen waarom “voldoende bewustzijn”, of “bewuste keuzes” vaak niet leiden tot verandering, ander gedrag of ontwikkeling.
Daar is meer voor nodig.
De mythe van de onbeperkte maakbaarheid van succes had zijn eerste barstjes opgelopen. Niet zelden was de euforie van een coachende interventie van korte duur.
Binnen de kortste keren waren mens of team weer in oude patronen terug gevallen.
Het was duidelijk dat professionele coaches over meer moesten beschikken dan een arsenaal aan quick fixes.
Wij begonnen als opleidingsinstituut ook steeds meer werk te maken van de coach als zijn eigen instrument.
In de markt sprongen coachinstrumenten als spreekwoordelijke paddestoelen uit de grond. Die instrumenten voorzagen vooral in een behoefte aan houvast bij de coach en “meetbaarheid” bij de opdrachtgevers, maar uit onderzoek was al veel eerder gebleken dat in de mensbegeleiding methoden en instrumenten niet het verschil maken. De menselijke kwaliteiten van de begeleider en de manier waarop de relatie tussen coach en coachee wordt vormgegeven echter wel. Het ontwikkelen en zuiver krijgen van het eigen instrument werd een belangrijke pijler van onze scholingsprogramma’s. (Zie o.a Carl Rogers, Viktor Frankl, Irvin Yalom).
Als tegenhanger van succesvol coachen, oplossingsgericht coachen en performance coachen, ontstond inmiddels een hele beweging van zijns-coaching. Daarbij was het oogmerk niet zozeer het realiseren van externe doelen, maar veel meer de zelf-realisatie van de mens, de innerlijke spirituele groei. Hoewel dit spirituele genre binnen het coachvak duidelijk wel de relatie legde tussen mens en natuur, en mens en aarde, stond het in zekere zin nog steeds in de traditie van het individualisme.
Er school een belofte in van bevrijding van het oude en de wedergeboorte van een “nieuw” ik. Ook hier waren de sporen van het geloof in maakbaarheid nog goed waarneembaar. You can fix yourself.
Wij zelf zijn altijd op het snijpunt van deze oriëntaties blijven opereren. Ja wij geloofden en geloven in de noodzakelijkheid van mens- of zelfontwikkeling – als intrinsiek individueel verlangen, maar ook als creatieve bron om (samen met anderen) dingen tot stand te brengen. Coachen op zakelijke successen is nooit helemaal ons ding geworden (hoewel we het begeleiden van topsporters en kunstenaars weer wel heel leuk vinden) en het coachen op individuele verlichting evenmin. De twee uitersten van het spectrum boeien ons niet zo. De verdieping van het snijpunt van die twee des te meer.
Onze focus bleef onverminderd het begeleiden op uniciteit en potentieel van mensen en teams. Niet los van de wereld, maar in de wereld. Niet los van hun (voor-)geschiedenis, maar als mens-met-een-eigen verhaal.
Vanaf 2010 organiseerde de Nobco een mammoet-project met accreditatie van individuele coaches en coachopleidingen. De onderliggende gedachte was om het kaf van het koren te scheiden.
We hebben soms een glimp opgevangen van de enorme Sisyphus-arbeid die hiermee door de Nobco is verricht. Daar hebben we nog altijd veel respect voor en we waren het aan onze professionele verantwoordelijkheid verplicht om mee te doen en ons te voegen naar een systeem waar we natuurlijk ook kritiek op hadden (we zijn per slot van rekening Nederlanders – nergens ter wereld zoveel kerkgenootschappen en zoveel politieke partijen :-).
Opvallend overigens aan de competentie-systemen die onder de accreditaties lagen was dat ze duidelijk nog de oorsprong van het coachen vertegenwoordigden. Voor zover wij weten is coachen het enige vak in het werkveld van de mens-ontwikkeling, en -begeleiding, dat is ontsproten aan de ambities van het bedrijfsleven. Coachen is geworteld in een paradigma van succes, maakbaarheid en meetbaarheid en dat lijkt – in onze ogen – precies het probleem met het vak vandaag de dag. Want de wereld is veranderd, maar de accreditatiecriteria van het coachen zelf niet of nauwelijks.
Diverse wereldwijde ontwikkelingen (o.a. klimaat, Corona, Trumpisme, Dubai, extreme zelfverrijking, toegenomen suïcide onder jongeren) leken aan te kondigen dat het tijd werd voor een nieuwe moraal. Wij hadden eigenlijk verwacht dat onontkoombaar duidelijk zou worden dat het individualisme op een destructief spoor was beland. Dat het zichzelf voorbij gelopen was. Wij hebben ergens geloofd dat Corona de wereld ten goede zou veranderen. Wat hebben we aan een hoog verheven mens-ideaal als er straks helemaal geen mens meer is, omdat hij zijn eigen voedingsbronnen heeft vernietigd? Was het zachtjes-aan geen tijd voor het post-Antropoceen, of het verlangde Sustainoceen?
Dat gebeurde niet. Sterker nog, het hyperindividualisme bleek zijn top nog niet te hebben bereikt … De cryptomarkt schiep een nieuwe mythe waarin opeens iedereen over-night rijk kon worden. Sociale media en de onderliggende algoritmes dwongen het individu steeds verder in een onhoudbare psychische spagaat. Steeds meer mensen voelden zich “gedwongen” een sociaal wensbeeld van zichzelf te scheppen op de sociale media (met Photoshop als ultieme sidekick) en vervolgens te leven met de ondraaglijke spanning tussen het zorgvuldige gecreëerde masker en de de dagelijkse realiteit. Volgers en likes werden niet alleen de basis voor een vals gevoel van eigenwaarde, het werden ook business-modellen in zichzelf: zonder social media succes, geen zakelijk succes. “Zit” je niet op LinkedIn – dan weet niemand nog dat je professioneel bestaat. Run the social race or die.
Cryptomunten en sociale media zijn de ultieme manifestaties van de ik-verheerlijking, de maakbaarheids-illusies en het markt-denken.
Wij wilden een nieuwjaarsbrief schrijven, zoals ontvangers van onze nieuwsbrief van ons gewend zijn. Maar we bleven stil. De wereld had ons te pakken gekregen: de ongekende wreedheden van de oorlog in Oekraïne en de oorlog in Gaza. De maatschappij, waar wij als 50-plusser zelf mede verantwoordelijk voor zijn, en waarin onze kinderen geen woonruimte meer kunnen vinden en met torenhoge studieschulden kampen. De overvolle asielzoekerscentra. Het geweld jegens hulpverleners tijdens nieuwjaarsnacht. De klimaatcrisis die zich overal doet gelden.
We hadden geen woorden meer, geen welluidende zinnen voor een goed nieuwjaar.
We zaten in die periode in de laatste fase van alle vernieuwingen en veranderingen die we in het kader van de accreditaties aan het doorvoeren waren.
Toch voelde het niet alsof we dat als wapenfeiten naar buiten moesten brengen.
Het begon te wringen.
Wie waren wij als gepassioneerde coaches in relatie tot het vak en de accreditatie?
Hoe zagen we onszelf in relatie tot de wereld die we zelf hadden helpen creëren?
We hebben smeltende ijskappen, zoveel kunstmest in ons drinkwater dat het niet goed gezuiverd kan worden (maar we vinden het niet erg dat onze groenten met dezelfde kunstmest bespoten zijn). Er is een regime dat oren afsnijdt van arrestanten, maar waar we gas van blijven kopen, omdat we niet zonder denken te kunnen. We kijken niet meer op van mensen die heilige boeken van anderen in een middeleeuws ritueel achter zich aan slepen op straat of verbranden, politici die via Twitter met elkaar spreken terwijl ze samen gaan regeren doen nog nauwelijks wenkbrauwen fronsen. Op televisie hebben verkreukelde mannen van dis-respect een verdienmodel gemaakt. Onze minister-president fietst vrolijk lachend door China. Als onze regering al een ethisch standpunt inneemt in de wereld, staat er een economische sanctie tegenover. De laatste weegt nog altijd zwaarder. And the list goes on…
Maar, in die onveilige wereld met die grote tegenstellingen, leven ook mensen van goede wil, zien mensen om naar elkaar, naar dieren, naar de natuur. Zorgen mensen voor anderen, onderwijzen mensen de volwassenen van morgen, maken mensen keuzes voorbij alleen de eigen belangen (of die van de aandeelhouders).
Het is ontzagwekkend om te zien hoeveel mensen zich staande houden in een wereld van grote polariteiten.
Wat betekent dat voor het vak van coachen?
Wat betekent dat voor een professie die probeert bij te dragen aan het ontwikkelen van mensen?
Wat betekent dat voor ons?
Wij, ondergetekenden, hebben niet de wijsheid in pacht,
hoewel we op een leeftijd komen, waarvan je dat wel zou verwachten :-).
We trekken onszelf vaker in twijfel dan ooit.
Maar wij denken dat het onze plek is om mensen en teams te begeleiden in een proces waarin:
Daarmee formuleren wij onze mensvisie anno nu,
2024 als volgt:
Dat is waar wij vandaag staan.
Dat is waar we ons op richten.
We hebben ons maar even niet afgevraagd of daar wel een “markt” voor is …