
het winterde van april tot december
Op 3 april van het afgelopen jaar deelden we dat we niet langer geaccrediteerde opleidingen wilden aanbieden.
Die keuze zelf voelde als pijnlijk maar goed.
We hadden op dat moment al concrete gedachten over wat we dan wel wilden.
We gaven er zelfs al woorden aan.
We hadden verwacht en gepland om zo’n beetje vanaf eind mei – als het meeste stof van ons besluit zou zijn neergedwarreld – onze schouders te zetten onder ons nieuwe perspectief.
We wilden programma’s herschrijven, nieuwe programma’s aanbieden, re-branden, nieuwe website maken – kortom nieuw, nieuw, nieuw.
En zo werd het eind mei en we schoven het door naar eind juni – als het zomerreces zou zijn aangebroken, zouden we er vast de tijd en de energie voor hebben.
Het werd eind juni, het werd eind juli en het werd stil.
Stil in ons.
In ons hoofd, in ons hart. We lazen terug wat we allemaal hadden opgeschreven in april van dat jaar en we konden er niet meer bij.
Het was hartje zomer, maar in dit proces was het winter geworden.
We deden nog wel manmoedige pogingen,
maar steeds als we een idee of gedachte in woorden of actiepunten probeerden te vatten, sloegen we onze notitieboekjes snel weer dicht.
Bijna beangstigd door wat er kwam te staan.
Nog niet de moed om te kiezen.
Er ging van alles door ons heen.
Hadden we er wel wijs aan gedaan?
Hadden we niet al onze schepen achter ons verbrand?
Gooiden we geen oude schoenen weg voordat we nieuwe hadden?
Moesten we niet op onze schreden terugkeren?
Het voelde verlammend.
We wilden niet meer terug – zelfs als dat had gekund,
maar het lukte ons evenmin om vooruit te bewegen.
Uiteindelijk kwamen we helemaal tot stilstand.
We namen niet eens meer het initiatief om samen aan het nieuwe te werken.
We lieten het los.
We konden toegeven – aan onszelf en aan elkaar – dat we het niet wisten, dat we er niet meer bij konden.
De oplettende, door ons geschoolde, lezer herkent in bovenstaande vast en zeker de fasen van weerstand, overgave, loslaten en crisis uit de Transformatiecurve. Of de wijsheid van Rainer Maria Rilke in zijn brieven aan Kappus, waarover we in 2022 iets deelden in onze nieuwsbrief. Kenners van de Reis van de Held herkennen het donkere bos nadat de Held het vertrouwde moederland achter zich heeft gelaten.
Bijbelvaste lezers zien hier de analogie met de verlatenheid in de woestijn.
Ook C.G. Jung verwijst naar de woestijn als een metafoor voor een dorre fase.
Ergens wisten we wellicht wel dat we ons in de winter bevonden, of in het bos, of in de woestijn, maar we konden niet vertrouwen op wat we cognitief wel wisten – maar wat niet zo voelde.
Namelijk dat het vroeger of later onverwacht lente wordt, dat in het bos opeens hulp komt uit onverwachte hoek, dat in de woestijn zich uiteindelijk heldere inzichten voordoen.
Voor ons begon de “winter” uiteindelijk te kantelen in een paar belangrijke momenten:
Maar tot een paar weken geleden bleef het desondanks oorverdovend stil in ons zelf.
En toen, in de laatste weken van december was het er opeens. Opeens was er ruimte die er in maanden niet was. Het grauwe trok weg. Het winterlicht brak door de laaghangende wolken heen. We hadden er opeens voorzichtig weer zin in.
Op nieuwjaarsdag openden we een mail van Studio True Stories met een offerte voor rebranding, website en alles wat daarbij hoort. Die stond al een paar weken ongeopend in de mailbox.
We moesten er al die tijd nog even niet aan denken.
Het kostte ons op 1 januari 10 minuten om hem – ieder voor zich – eens goed door te nemen.
We keken elkaar aan – ontroerd.
We hebben getekend.
Geen goede voornemens, wel een perspectief.
Letterlijk op de drempel.
Buiten is het grijzer dan grijs,
maar voor ons heeft – zonder dat we het nog hadden verwacht – de lente zich aangekondigd.
Just remember in the winter
far beneath the bitter snow
lies the seed
that with the sun’s love
in the spring
becomes the rose
Uit: The Rose. O.a gezongen door Bette Midler. Tekst van Amanda Broom.
We wensen je toe dat je in 2025 de winter kunt verduren als die je treft. Het wordt lente ook voor jou!